Subsidie overzicht
Bij het Filmfonds kan een subsidie worden aangevraagd voor verschillende stadia van filmproducties, distributie, filmactiviteiten en binnen de steunmaatregelen in het kader van COVID-19. Op deze pagina vind je een overzicht van alle regelingen van het Nederlands Filmfonds.
Filmproductie
Netherlands Film Production Incentive
Netherlands Film Production Incentive
Distributie
Filmactiviteiten
Steunmaatregelen COVID-19
Heb je vragen over de ontwikkeling, realisering of distributie van je project, vragen over de Production Incentive of algemene vragen? Bekijk hieronder de veelgestelde vragen.
Veelgestelde vragen
Het Nederlands Filmfonds is een van de cultuurfondsen die de minister van Onderwijs, Cultuur en Wetenschap heeft ingesteld. Het Fonds versterkt de Nederlandse filmcultuur langs de beleidslijnen: talentontwikkeling, vernieuwing, internationalisering en professionalisering. Het Filmfonds voert als zelfstandig bestuursorgaan het filmbeleid niet enkel uit, maar speelt ook een rol in de beleidsontwikkeling voor de betrokken bewindspersonen.
Het Filmfonds zorgt met subsidie voor dynamiek en vernieuwing in de filmsector en verleent financiële bijdragen aan de ontwikkeling, realisering en distributie van speelfilms, documentaires, animatiefilms, onderzoek & experiment en korte films van nieuw en gevestigd talent. Ook draagt het Fonds bij aan filmfestivals, filmbijeenkomsten, talent- en educatiehubs in heel Nederland.
Het Filmfonds organiseert verder internationale activiteiten, gericht op verbreding en verdieping van het internationale netwerk en de profilering van talenten en projecten op internationale festivals, labs en coproductiemarkten. Via onderzoek en analyse binnen een internationale context draagt het Filmfonds daarnaast bij aan de kennisopbouw over de sector.
Anders dan de andere cultuurfondsen is het Filmfonds ook verantwoordelijk voor een aantal industriemaatregelen. Via de Netherlands Film Production Incentive wordt een cash rebate verstrekt voor productiekosten van films en high-end TV-series die aantoonbaar in Nederland worden besteed. Daarnaast biedt de Netherlands Film Commission een servicepunt voor buitenlandse producenten die in Nederland (een deel van) hun productie willen uitvoeren.
Dat verschilt per regeling en categorie maar prioriteit wordt gegeven aan oorspronkelijke filmplannen en een kwalitatief hoogwaardig, divers en gedurfd aanbod. Op de subsidiepagina’s staan de voorwaarden per regeling vermeld. Als je een aanvraag voorbereidt is het goed om je te realiseren dat het Filmfonds veel aanvragen ontvangt en maar een deel ervan kan worden gehonoreerd. Het audiovisuele landschap is bovendien sterk aan het veranderen. Dat betekent dat de lat hoog ligt: je moet je met je film niet alleen onderscheiden ten opzichte van andere Nederlandse films in die categorie, maar ook de ambitie hebben om je te kunnen meten met het (inter)nationale aanbod.
Per subsidieregeling staat beschreven wie kan aanvragen en in het geval van een producent welke eisen worden gesteld aan het productiebedrijf. In het geval van de Film Production Incentive en de meeste realiseringsaanvragen moet de aanvragende productiemaatschappij een rechtspersoon zijn (dus geen eenmanszaak of VOF). We willen niet alleen dat de filmproducties en daarmee gemoeide fondsbijdragen goed geborgd zijn maar we willen ook niet dat aanvragers als kleine zelfstandigen te grote risico’s nemen en persoonlijk aansprakelijk zijn mocht er iets mis gaan. Vandaar ook dat alleen bij lagere fondsbedragen een eenmanszaak of VOF wel volstaat. De productiemaatschappij moet ook minstens twee jaar in het Koninkrijk der Nederlanden, een lidstaat van de EU, EER of in Zwitserland gevestigd zijn en in beginsel op continue basis films en andere audiovisuele producties produceren. Er zijn uiteraard ook regelingen waar beginnende producenten op aan kunnen sluiten.
Een filmproductie kan per ontwikkelfase maximaal tweemaal ingediend worden voor een bijdrage. Dat is ongeacht of de aanvraag bij een filmconsulent of een adviescommissie van het Fonds wordt ingediend.
Applications should be written in the Dutch language.