Spring naar inhoudSpring naar footer
Spring naar inhoud

Bioscoopuitbreng Buitenlandse Arthouse Film of Documentaire in Nederland

Subsidie
Status:
Gesloten

Nederlandse filmdistributeurs kunnen een projectsubsidie aanvragen voor de bioscoopuitbreng van een op een internationaal filmfestival geselecteerde buitenlandse arthouse film of documentaire in Nederland. Met de regeling zorgt het Filmfonds ervoor dat het financiële risico voor het uitbrengen van deze films wordt verlaagd.

Deze regeling zorgt ervoor dat het financiële risico van Nederlandse filmdistributeurs die buitenlandse arthouse films willen uitbrengen in Nederland wordt verlaagd. Het gaat hierbij om uitgesproken, artistieke, kwalitatieve en onderscheidende films die bijdragen aan de (culturele) diversiteit van het filmklimaat in Nederland. Hieronder vallen ook buitenlandse kwalitatieve kinder – en jeugdfilms.

Per jaar worden er 8 buitenlandse arthouse films geselecteerd voor een promotie- en marketingbijdrage, waarmee er voor de geselecteerde films een groter uitbrengbudget beschikbaar komt om de doelgroep in Nederland te bereiken. Eerdere films die met een bijdrage van deze regeling zijn uitgebracht in Nederland zijn bijvoorbeeld How to Have Sex (Image Film Distributie), No Dogs or Italians Allowed (Bantam Film), Hit the Road (Cherry Pickers) en The Mother of All Lies (Vedette Film).

Nederlandse filmdistributeurs die ervaring hebben in het uitbrengen van kwalitatieve arthouse (kinder- of jeugd-) films en/of documentaires in de Nederlandse filmtheaters.

Een filmdistributeur (een rechtspersoon, dus geen eenmanszaak of VOF) die minstens twee jaar in het Koninkrijk der Nederlanden, een lidstaat van de EU, EER of in Zwitserland gevestigd is en op continue basis films heeft uitgebracht in de Nederlandse bioscopen en filmtheaters.

Voor deze regeling kan de volgende bijdrage worden aangevraagd:

  • Maximaal € 20.000 per projectsubsidie.

Maximaal 15% van de Filmfondsbijdrage mag besteed worden aan (ingehuurd) personeel en overhead. Minimaal 50% van de begrote kosten voor marketing, prints & advertising moet aantoonbaar door de aanvrager gedekt worden.

Er zijn maximaal 8 projectsubsidies per jaar beschikbaar. Jaarlijks zijn er 4 indienrondes en per ronde kunnen maximaal 2 projectsubsidies worden toegekend. Het subsidieplafond voor de bioscoopuitbreng van buitenlandse arthouse films en -documentaires in Nederland bedraagt € 160.000 per jaar.

De bijdrage van het Fonds is kostprijs- en risicoverlagend en hoeft dus niet uit exploitatie-inkomsten te worden terugbetaald.

Voor meer financiële en productionele informatie over de regeling, zie het Financieel en Productioneel Protocol.*

* In januari 2025 volgt er een update van het Financieel en Productioneel Protocol waarin de richtbedragen die gelden vanaf 2025 zoals gesteld in deze regelingentekst zijn bijgewerkt.

Een filmdistributeur kan voor deze projectsubsidie in aanmerking komen indien:

  • de buitenlandse arthouse film of documentaire naar het oordeel van de adviescommissie en het bestuur een uitgesproken, artistieke, kwalitatieve en onderscheidende internationale filmproductie is, met een toegevoegde waarde voor de filmcultuur in Nederland;
  • de film of documentaire uiterlijk 1 jaar voorafgaand aan de indiendeadline geselecteerd is geweest voor een toonaangevend international filmfestival zoals opgenomen in de festivallijst Internationale Filmfestivals – Internationale festivalselectie & Buitenlandse arthouse film en documentaires.
  • de film niet in sub-distributie wordt uitgebracht;
  • het marketing- en distributieplan met bijbehorende begroting en garanties omtrent de bioscoopuitbreng blijk geeft van een haalbare, doordachte en realistische publieksbenadering op basis waarvan de filmproductie nationaal een optimaal bereik zal hebben;
  • de uitbrengdatum van de arthouse film of documentaire niet eerder dan 8 weken na de indiendeadline gepland staat;
  • de bijdrage van het Fonds door de aanvrager voor 100% in Prints & Advertising gematcht wordt;
  • er geen sprake is van een bijdrage vanuit de distributieregeling Films on the Move van Creative Europe MEDIA;
  • de bijdrage van het Filmfonds aantoonbaar in de marketing en promotie van de buitenlandse arthouse film of -documentaire wordt geïnvesteerd.

Iedere filmdistributeur mag maximaal 1 aanvraag per indienronde indienen. Per kalenderjaar komt een distributeur voor maximaal 2 projectsubsidies op grond van deze regeling in aanmerking.

Indien na toekenning van het Fonds alsnog een Films on the Move distributiebijdrage door Creative Europe MEDIA wordt toegekend voor de uitbreng van de film of documentaire, zal de subsidie van het Filmfonds worden ingetrokken. De distributeur is verplicht het Fonds hierover te informeren.

Een aanvraag indienen voor deze regeling kan t/m de dag van de deadline vóór 17:00 uur CET.

Eerstvolgende deadlines

  • Bioscoopuitbreng Buitenlandse Arthouse Film of Documentaire in Nederland
  • Bioscoopuitbreng Buitenlandse Arthouse Film of Documentaire in Nederland
  • Bioscoopuitbreng Buitenlandse Arthouse Film of Documentaire in Nederland

Aanvragen worden in aanvulling op het algemene beoordelingskader van artikel 5 van het Algemeen Reglement beoordeeld volgens de volgende criteria:

  • Gaat het om een buitenlandse arthouse film of documentaire die een uitgesproken, artistieke, kwalitatieve en onderscheidende internationale filmproductie is, met een toegevoegde waarde voor de filmcultuur in Nederland?
  • Is het marketing- en distributieplan met bijbehorende marketing- & distributiebegroting en onderliggende garanties omtrent de bioscoopuitbreng van zodanige kwaliteit, dat er sprake is van een haalbare, doordachte en realistische publieksbenadering op basis waarvan de filmproductie nationaal een optimaal bereik zal hebben?

Buitenlandse arthouse films of documentaires die voor een hoofdcompetitie van een internationaal A-filmfestival zoals opgenomen in de lijst Internationale Filmfestivals van het Fonds geselecteerd zijn, hebben binnen deze regeling geen prioriteit.

De adviescommissie draagt samen met de projectmanager marketing en distributie zorg voor de inhoudelijke beoordeling van/en advisering over aanvragen. De afdeling Subsidiebureau toetst de productionele en zakelijke aspecten van aanvragen.

Op grond van artikel 3 van het Algemeen Reglement beslist de directeur/bestuurder over de aanvraag.

  • Een synopsis of korte inhoud van de buitenlandse filmproductie (maximaal 1 pagina)
  • Een link naar de screener van de buitenlandse filmproductie die minimaal 8 weken toegankelijk is (inclusief eventueel wachtwoord)
  • Het marketing en distributieplan
  • De marketing en distributiebegroting (in het format van het Filmfonds)
  • De (distributie)overeenkomst tussen filmdistributeur en productiemaatschappij of sales agent.
  • Staat van dienst van de distributeur
  • Uittreksel van de Kamer van Koophandel
  • Beschrijving positie en profiel van de aanvrager

Aanvragen kan door het aanvraagformulier met bijlagen in te dienen via ons aanvraagsysteem Frame. Je aanvraag is geldig wanneer je in het formulier akkoord gaat met onze voorwaarden. Uitsluitend volledige aanvragen worden in behandeling genomen. Gebruik deze checklist voordat je je aanvraag indient, zodat je zeker weet dat deze in behandeling wordt genomen.

Start met de aanvraag

Voor het indienen van de digitale aanvraag log je in op Frame. Heb je nog geen inloggegevens? Vraag dan eerst een nieuw account aan. Vraag hier een nieuw account aan. Houd er rekening mee dat dit 2 werkdagen kan duren. Heb je de aanmeldgegevens ontvangen? Start je aanvraag dan via onderstaande knop en volg deze stappen:

  1. Selecteer het account waarmee je wil indienen.
  2. Klik op Distributie - Projectsubsidie Bioscoopuitbreng Buitenlands Arthouse Film of Documentaire in Nederland.

Veelgestelde vragen over distributie

Een filmproductie is een cinematografisch werk. Dat kan een speelfilm of een animatiefilm zijn of een lange documentaire, maar ook korte, experimentele en innovatieve films. Het verschilt per categorie en regeling van het Fonds welke eisen aan de uitbreng gesteld worden. Zo is bij de Film Production Incentive een bioscoopuitbreng verplicht en wordt bij selectief gesteunde films per categorie juist maatwerk geleverd want bijvoorbeeld een speelfilm kent een andere uitbreng dan een korte film.

Voor speelfilms en lange animatiefilms geldt dat deze films primair bestemd zijn voor bioscoopuitbreng. De beoogde uitbreng wordt per specifieke film door producenten (i.s.m. een filmdistributeur) in fasen aan het Fonds onderbouwd. Bij een arthouse speelfilm ligt daarbij de nadruk op de artistieke potentie en daarmee op de mate waarin de filmproductie nationaal en/of internationaal ontvangen en gedistribueerd zal worden, terwijl een mainstream film juist gericht moet zijn op het bereiken van een groot aantal betalende bezoekers in de Nederlandse bioscopen. Ook lange documentaires hebben de potentie om in bioscopen en filmtheaters vertoond te worden en hebben daarnaast een brede non theatrical release. Voor korte, experimentele en innovatieve films is de bioscoopuitbreng meestal niet het uitgangspunt en wordt naar de bredere vertoning en exploitatie gekeken.

Voor de categorieën korte films en experimenteel werk gaat het om een gerichte uitbreng van de filmproductie (stand alone) met (digitale) vertoningen en een focus op landelijke spreiding.

Om in aanmerking te komen voor een realiseringsbijdrage voor een speelfilm, lange animatiefilm en lange documentaire dient de filmproductie primair bestemd te zijn voor bioscoopuitbreng. De cinematografische kwaliteit en de onderbouwing van de distributiestrategie moet zodanig zijn dat een uitbreng in bioscopen en filmtheaters haalbaar en waarschijnlijk kan worden geacht.

Voor filmproducties die (ook) een beroep doen op een financiële bijdrage via de Film production Incentive is bioscoopuitbreng verplicht. Uitsluitend aanvragen voor filmproducties met een bioscoopuitbreng in tenminste Nederland dan wel, in het geval van een minoritaire coproductie, een bioscoopuitbreng in het land van de hoofdproducent, komen in aanmerking voor een Incentivebijdrage. Een puur instrumentele of promotionele uitbreng waarbij het primaire doel niet de bioscoopuitbreng is, maar bijvoorbeeld de uitbreng op televisie of via een streamingdienst, kwalificeert niet als bioscoopuitbreng.

Omdat het Fonds alleen filmproducties, zijnde cinematografische werken, steunt die in de onafhankelijke productiesector tot stand komen, steunt het Fonds geen films die in opdracht van een mediabedrijf tot stand komen dan wel films die exclusief voor vertoning op één videoplatform bestemd zijn.

Het Fonds heeft begrip voor de bedrijfseconomische overwegingen van een producent als zelfstandig ondernemer. Zo is het voorstelbaar dat een producent op enig moment nadat de film mede op basis van bioscoopuitbreng volledig gefinancierd en in productie is alsnog tot een andere commerciële afspraak komt met een internationaal videoplatform op basis van exclusiviteit en daarmee afziet van reeds bestaande afspraken met betrekking tot de financiering en uitbreng in bioscoop en andere platforms. In dat geval zal het zo zijn dat de reeds bestaande filmfinanciering, waaronder die van het Fonds, komt te vervallen. Indien de bestaande afspraken met filmdistributeurs, omroepen, fonds e.d. omtrent de productiefinanciering, realisering en de bioscoop- en verdere uitbreng wel in stand kunnen blijven omdat het platform alleen vrij beschikbare rechten aankoopt dan wijzigt uiteraard niets. Dan kan de producent naast de reeds aangegane rechten en verplichtingen de film in het kader van verdere exploitatie verkopen in het buitenland of in licentie aan een videoplatform.

Het Fonds streeft naar een zo optimaal en breed mogelijk publieksbereik via alle mogelijke distributiemogelijkheden. In de sector wordt traditioneel gewerkt met exploitatieruimte (windows) tussen bioscoopuitbreng, T-VOD/S-VOD en free TV. Op grond van die verschillende windows en exploitatievormen wordt financiering via filmdistributeurs, salesagents, omroepen en videoplatforms aangetrokken voor de realisering van de filmproductie. Zo bedraagt het gebruikelijke window tussen bioscoopuitbreng en S-VOD exploitatie minimaal 4 tot zes maanden en volgt free TV daarna. Bestaande windows en afspraken binnen de markt die zorgden voor continuïteit in financiering en (bioscoop)uitbreng zijn mede als gevolg van de coronacrisis verder onder druk komen te staan. Het Fonds is volgend in discussies over windows maar ziet het vanuit zijn eigen doelstelling ook als taak om te waken over een vitale en onafhankelijke filmsector.

Het Fonds heeft geen directe rol in de afspraken die producenten maken met distributeurs, exploitanten, sales agents, omroepen, videoplatforms en andere mediabedrijven. Producenten maken als zelfstandig ondernemers zelf hun eigen afwegingen. Voor het Fonds is de bioscoopuitbreng wel steeds het primaire doel voor (veel van) de in de realisering- en distributie gesteunde filmproducties. Ook staat het Fonds vanuit zijn doelstelling voor een onafhankelijke filmsector waarbij op basis van non-exclusiviteit de bioscoopuitbreng en verdere distributie van films zo optimaal mogelijk is, en de publiekspotentie volledig wordt benut.

Voor alle filmproducties dient de distributie zo optimaal en breed mogelijk te zijn. Het uitgangspunt daarbij is dat de filmproducties primair bestemd zijn voor bioscoopuitbreng. Indien voor een specifieke filmproductie daarvan wordt afgeweken omdat een gedegen publiekspotentie ontbreekt of te beperkt is – denk bijvoorbeeld aan een kwetsbare artistieke film, minoritaire coproductie of documentaire met een beperkte commerciële potentie - dan dient dit ter beoordeling aan het Fonds te worden voorgelegd. In alle gevallen geldt een inspanningsverplichting om aantoonbaar verschillende mogelijkheden voor bioscoopuitbreng te hebben onderzocht. Bij een afwijkende distributiestrategie kan onder meer gedacht worden aan een eventrelease met een outreach campagne, een tourrelease langs filmtheaters door het land of een festivalrelease om het beoogde publiek alsnog te bereiken.

Hulp nodig? We helpen je graag!

Heb je een inhoudelijke vraag over deze regeling? Neem dan contact op met:

Veerle Bovens

Projectbegeleider